Wat doe je als je een groot of ingewikkeld probleem moet oplossen?
Mogelijke voorbeelden:
- Als je een huis willen tekenen, dan doe je dat niet in één keer. Je gaat verschillende delen proberen te herkennen, die je dan afzonderlijk tekent: je kan kunnen beginnen met de voorgevel, daarna de rechtergevel, vervolgens het dak, dan een deur, …
- Ook als je een eigen verhaal/mop/film wil visualiseren moet je nadenken in welke scènes je dit opsplitsen. Vervolgens kunnen we iedere scène apart uitwerken.
- Of als je een recept wil maken, moet je eerst een recept zoeken, dan de ingrediënten verzamelen en vervolgens de stappen van het recept uitvoeren
Wat kunnen de voordelen zijn van het opsplitsen van een groot probleem in deelproblemen?
Wat wil je bereiken?
Leerlingen splitsen bewust een probleem op in kleinere deelproblemen.
Handboeken/leerplatformen
– Connect IT | ICT 1e graad | Thema 12: Algoritmes [pg. 244]
– ftrprf.be | IT&Me | Computationeel denken I – Basis | Decompositie